UNHCR, de VN-Vluchtelingenorganisatie, roept op tot meer investeringen in hoger onderwijs voor vluchtelingen en meer werkgelegenheid voor afgestudeerde vluchtelingen om hun potentieel te helpen realiseren verwezenlijken.
In veel landen hebben vluchtelingen nog steeds moeite om op gelijke voet met de rest van de bevolking toegang te krijgen tot hoger onderwijs. Dit komt door gebrek aan inclusief onderwijsbeleid, gebrek aan capaciteit, onbetaalbare tarieven en administratieve of bureaucratische belemmeringen.
“Zonder veranderingen in beleid en uitvoering kan toegang tot hoger onderwijs niet op systematische wijze leiden tot duurzame middelen van bestaan,” zegt Kelly T. Clements, UNHCR’s Plaatsvervangend Hoge Commissaris voor Vluchtelingen. “Er moet meer geïnvesteerd worden in hoger onderwijs voor vluchtelingen, en afgestudeerden moeten meer toegang krijgen tot de arbeidsmarkt.”
Wereldwijd zijn ongeveer 4 miljoen van de 31,6 miljoen vluchtelingen onder het mandaat van UNHCR tussen 18 en 24 jaar oud. Slechts 7 procent heeft echter toegang tot een universiteit of een andere instelling voor hoger onderwijs. Dit is een aanzienlijke stijging ten opzichte van 1 procent in 2019.
Vijf jaar geleden stelde UNHCR samen met partners een doel om tegen 2030 15 procent van de vluchtelingen te laten instromen in het hoger onderwijs. Dit doel is momenteel voor de helft gehaald. Aanhoudende betrokkenheid is echter van cruciaal belang om dit doel in 2030 te bereiken.
Een belangrijk onderdeel van de strategie is het beurzenprogramma van het Albert Einstein German Academic Refugee Initiative (DAFI). Sinds het 32 jaar geleden van start ging, heeft DAFI meer dan 26.300 vluchtelingen de kans gegeven om hoger onderwijs te volgen, wat hun levens heeft veranderd en hen in staat heeft gesteld om post-universitaire mogelijkheden na te streven. Het DAFI-programma is soms het enige beschikbare programma voor vluchtelingen om toegang te krijgen tot hoger onderwijs.
Het laatste jaarlijkse DAFI-rapport onderzoekt de trajecten naar werkgelegenheid van alumni en benadrukt het cruciale verband tussen het DAFI-programma, kansen op het vinden van een baan en andere toekomstmogelijkheden.
Vorig jaar stonden meer dan 9.300 vluchtelingstudenten uit 54 landen van herkomst ingeschreven voor een DAFI-beurs in 59 landen. Vrouwen vertegenwoordigden 42 procent van het totaal. Het bereiken van gendergelijkheid blijft een kerndoel van het programma.
“Ik wil vrouwelijk leiderschap promoten”, zegt de 25-jarige Grace, een laatstejaarsstudente van DAFI uit de Democratische Republiek Congo, die Volksgezondheid studeert aan de Université Lumière in Bujumbura, Burundi. “We moeten nog steeds vechten tegen het idee dat een opgeleide vrouw geen goede echtgenote zal zijn, maar we blijven vooruitgaan en we blijven vrouwen die na ons komen begeleiden, zodat zij leiders kunnen worden en invloed kunnen hebben in deze wereld. Mentaliteiten veranderen langzaam.”
Grace is bezig met het schrijven van haar eindscriptie, na verschillende stages bij verschillende gezondheidsinstellingen in Burundi. Ze is momenteel ook voorzitter van de DAFI Women Power Club, een mentorinitiatief van studenten dat jonge vrouwen in het DAFI-programma wil voorbereiden op toekomstig leiderschap. Zo kunnen zij de drijvende kracht worden achter veranderingen in de gemeenschap.
Veel DAFI-studenten en -afgestudeerden hebben hun opleiding en vaardigheden al in de praktijk gebracht door leidinggevende posities te bekleden, bedrijven te starten, werk te vinden of innovatie en onderzoek te bevorderen.
Wettelijke en praktische obstakels zorgen ervoor dat het lastig is voor afgestudeerde vluchtelingen om werk te vinden, hun potentieel te benutten en bij te dragen aan hun gastgemeenschap. Twee derde van de 59 landen waar het DAFI-programma actief is, geven vluchtelingen officieel het recht om te werken, maar slechts een derde faciliteert dit recht in de praktijk.
Het DAFI-programma probeert deze barrière te verkleinen, onder andere door academici loopbaanondersteuning te bieden, te helpen bij onderling netwerken en samen te werken met bedrijven en werkgevers om bewustzijn te vergroten en stageplaatsen en andere trajecten naar werk te creëren.
Dankzij de inzet van particuliere donateurs, stichtingen en bedrijven bracht de Aiming Higher Campaign – een wereldwijd fondsenwervingsinitiatief van UNHCR voor tertiair onderwijs – 8,8 miljoen dollar op om studiebeurzen in 2023 rechtstreeks te financieren. Deze campagne blijft vluchtelingenjongeren ondersteunen om toegang te krijgen tot het hoger onderwijs en hen in staat te stellen postuniversitaire trajecten te volgen.
Deel op Facebook Deel op Twitter