Voorlopige cijfers geven aan dat maar liefst 5,3 miljoen mensen in Syrië mogelijk geen onderdak hebben na de aardbevingen die zowel Turkije als Syrië troffen.
© Distributie van essentiële hulpgoederen aan de door de aardbeving getroffen families in een moskee die een collectief onderkomen is geworden in de wijk Suliman AlHalabi.
UNHCR, de VN-Vluchtelingenorganisatie, heeft alles in het werk gesteld om zo snel mogelijk hulp te verlenen aan de getroffen regio’s in Syrië. Zo wordt ervoor gezorgd dat de centra waar de ontheemden worden opgevangen, over gepaste opvangvoorzieningen en -materialen beschikken. Denk hierbij aan tenten, plastic zeilen, thermische dekens, slaapmatten en winterkleding.
UNHCR was vanaf de eerste dag van de ramp ter plaatse om materialen uit te delen. Zo werden er op 9 februari 9.440 hulpkits uitgedeeld. Niet alleen richtten we ons de afgelopen dagen op de hulpverlening van de getroffen bevolking, maar we brachten ook de meest kwetsbare groepen in kaart. Het gaat hierbij om ouderen, mensen met een handicap en kinderen. Daarnaast is er een grote groep kinderen die door de aardbevingen hun ouders zijn verloren.
UNHCR heeft een leidende rol in de bescherming van deze kwetsbare groepen. Wij beschikken over een netwerk van gemeenschapscentra en vrijwilligers verspreid over heel Syrië. Zij helpen ons om de meest kwetsbare bevolkingsgroepen te bereiken. Daarnaast hebben we ook hulplijnen opgezet om de Syrische bevolking te ondersteunen met uiteenlopende beschermingszaken
Deze aardbevingen betekenen voor mensen in Syrië een crisis bovenop bestaande crises. Naast de aanhoudende burgeroorlog werd het land de afgelopen jaren ook al getroffen door economische crisis en het coronavirus. Bovendien zitten we midden in de winter, die zware sneeuwstormen met zich meebrengt.
Ook een aantal van onze UNHCR-medewerkers hebben hun huizen noodgedwongen verlaten, uit angst voor ernstige schade aan hun woning. Dit schetst slechts een fractie van wat er momenteel aan de hand is in de geteisterde gebieden.
Deze slechte omstandigheden zorgen ervoor dat hulp moeilijk ter plaatse komt. Wegen zijn ernstig beschadigd, wat het erg moeilijk maakt om mensen te bereiken. In Syrië waren er voor de aardbevingen al ruim 6,8 Syriërs ontheemd.
Op dit moment ligt de nadruk op levensreddende activiteiten: het beschikbaar stellen van collectieve opvangcentra en het verstrekken van tenten en noodhupgoederen. In de hierop volgende acht tot twaalf weken zal onze hulpverlening zich ontwikkelen naar ondersteuning in levensonderhoud en het verlenen van basisdiensten, zoals het bieden van onderdak, de opbouw van noodonderkomens en kleine herstelwerken aan beschadigde woningen. We zullen puin ruimen, ingenieurs mobiliseren en de lokale de autoriteiten en andere partners ondersteunen met manschappen en materiële uitrustingen. Daarnaast zullen we ook ondersteuning bieden bij het in kaart brengen van de structurele schade en zullen we de lokale gemeenschap bijstaan om in hun levensonderhoud te voorzien.
Het noordwesten van Syrië is zwaar getroffen. Dit belemmert de mogelijkheden om toegang te krijgen tot dit gebied. Op het moment van de aardbevingen waren er al cross line-voorraden (goederen die via gebieden onder de controle van de Syrische overheid naar het noordwesten van het land worden overgebracht) in dit gebied en op voorhand opgeslagen. Die voorraden zijn nu vanuit de opslagplaatsen over het getroffen gebied gebracht. Wij streven naar een overeenkomst die kan worden gesloten met de Syrische regering om een snelle en regelmatige toegang tot deze gebieden mogelijk te maken.
Uit een voorlopige schatting blijkt dat zo’n 5,37 miljoen mensen in heel Syrië als gevolg van de aardbeving onderdak zullen nodig hebben. Dat is een enorm aantal, dat bovenop een grote groep komt van Syriërs die al ontheemd waren.
Volgende week reist UNHCR-vergetenwoordiger Sivanka Dhanapala naar Aleppo, Hama en Latakia, waar we een voorraad van zo’n 30 000 ton hulpgoederen en 20 000 tenten opgeslagen hebben. Om de woorden van de VN Secretaris-Generaal te herhalen: “Het gaat om mensen. Dat is het enige wat telt.”
Deel op Facebook Deel op Twitter
