Te midden van gewelddadige confrontaties en een verslechterende veiligheidssituatie in Tripoli zijn 149 kwetsbare vluchtelingen en asielzoekers op 30 mei geëvacueerd naar veiligheid in Rome.
De evacués zijn afkomstig uit Eritrea, Somalië, Soedan en Ethiopië. Er zitten 65 kinderen bij, waarvan er 13 jonger zijn dan één jaar oud. Een van de kinderen werd slechts twee maanden geleden geboren.
Veel van de evacués hebben medische behandeling nodig en lijden aan ondervoeding.
De groep werd verplaatst vanaf UNHCR, de bijeenkomst- en vertrekfaciliteit van de VN-vluchtelingenorganisatie, na maandenlang te hebben geleegd in erbarmelijke omstandigheden in detentiecentra in andere delen van de stad. De evacuatie werd uitgevoerd in samenwerking met Libische en Italiaanse autoriteiten.
“Meer humanitaire evacuaties zijn nodig,” zei Jean-Paul Cavalieri, hoofd van de missie van UNHCR in Libië. “Het zijn uitermate belangrijke reddingsoperaties voor vluchtelingen, wier enige andere ontsnappingsroute is via gewetenloze smokkelaars en handelaars in de Middellandse Zee.”
Eerder deze week werden al 62 vluchtelingen uit Syrië, Soedan en Somalië geëvacueerd van Tripoli naar het Emergency Transit Center van UNHCR in Timisoara, Roemenië. Ze zullen voedsel, kleding en medische behandelingen ontvangen voordat ze verder reizen naar Noorwegen. De Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) heeft ondersteuning geboden bij het transport.
UNHCR is staten die naar voren zijn gekomen met evacuatieplaatsen zeer dankbaar, maar nieuwe gedetineerden komen in een sneller tempo aan dan mensen vertrekken. Meer dan 1.000 vluchtelingen en migranten zijn door de UNHCR in 2019 geëvacueerd of hervestigd vanuit Libië, terwijl meer dan 1.200 anderen in mei alleen door de Libische kustwacht zijn teruggestuurd naar Libië, nadat ze werden gered of onderschept terwijl ze probeerden te vluchten per boot.
Nu het er niet op lijkt dat de gevechten in Tripoli gauw zullen stoppen, nemen de risico’s van gedetineerden die vastzitten in gebieden waar gevochten wordt toe. UNHCR herhaalt dringend haar oproep aan landen om met meer aanbiedingen van humanitaire corridors en evacuaties te komen, om vastgehouden vluchtelingen in Libië in veiligheid te kunnen brengen.
Meer dan 83.000 Libiërs zijn sinds begin april gedwongen hun huizen te ontvluchten, omdat er heftig geschoten en gevochten wordt. Lokale gemeenten en gastgemeenschappen hebben een cruciale rol gespeeld bij de hulp aan de ontheemden, van wie velen onderdak vonden in scholen en andere openbare gebouwen. Anderen verblijven bij vrienden en familie in naburige steden.
UNHCR heeft meer dan 9.000 ontheemden voorzien van noodhulp en hulpgoederen, en heeft medische voorzieningen en ambulances gedoneerd aan ziekenhuizen via het ministerie van Volksgezondheid en de Libische Rode Halve Maan.
Bijna 600 mensen hebben hun leven verloren in de recente gevechten, volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). Vorige week stierven twee ambulancechauffeurs nadat ze verstrikt waren geraakt in beschietingen. UNHCR herhaalt dat het richten op burgers en humanitaire hulpverleners een schending van het internationale recht inhoudt en pleit ervoor dat daders van dergelijke aanvallen ter verantwoording worden geroepen.
Deel op Facebook Deel op Twitter