UNHCR en 35 partnerorganisaties luiden de noodklok voor Burundese vluchtelingen. Hun situatie behoort wereldwijd tot een van de meest vergeten crises. In 2018 ontvingen de vluchtelingen daardoor ook de minste hulp. Ook voor dit jaar ziet het er niet goed uit. “De nood is hoog en er is een schrijnend tekort aan financiering,” aldus Saskia Baar van UNHCR in Nederland.
Door de politieke onrust die in het voorjaar van 2015 ontstond, vluchtten meer dan een half miljoen mensen uit Burundi. Ze zochten veiligheid in buurlanden zoals Tanzania, Democratische Republiek Congo (DRC), Rwanda en Oeganda. Omdat in een aantal van deze landen de basisvoorzieningen schaars zijn, hebben ongeveer 345.000 vluchtelingen dringend hulp nodig.
“Er is een groot tekort aan eten en medicijnen. Scholen kunnen de hoeveelheid kinderen niet meer aan, en we kunnen deze vluchtelingen geen veilig onderdak bieden,” vertelt Baar. “Ondanks dat iedereen enorm welwillend is, en doet wat hij kan, is er een groot tekort aan basisvoorzieningen.”
Extra zorgwekkend is de situatie van kinderen. Baar: “Veel van hen zijn zonder familie of ouders aangekomen. Ze hebben veel geweld gezien en hebben dringend psychosociale steun nodig.” Bovendien zijn ze kwetsbaar voor misbruik, uitbuiting en bijvoorbeeld uithuwelijking.
De afgelopen maanden is de veiligheidssituatie in Burundi licht verbeterd maar “vanuit UNHCR zijn we nog niet overtuigd genoeg dat de situatie daar veilig en goed genoeg is,” zegt Baar.
Wil je lezen wat er nodig is voor Burundese vluchtelingen in 2019 en 2020, lees dan ons Burundi Regional Refugee Response Plan 2019-2020 (PDF, Engelstalig) en help mee.
Deel op Facebook Deel op Twitter