UNHCR, de VN-Vluchtelingenorganisatie, maakt zich ernstig zorgen over de oplaaiing van dodelijk geweld tussen verschillende gemeenschappen in Kwamouth, in het westen van de Democratische Republiek Congo, nabij de grens met Congo-Brazzaville. Sinds juli dit jaar zijn duizenden mensen het geweld moeten ontvluchten.
Dit is een samenvatting van wat Angele Dikongue-Atangana, UNHCR vertegenwoordiger in de Democratische Republiek Congo, heeft gezegd tijdens de persbriefing van 11 oktober in het Palais des Nations in Genève. De geciteerde tekst mag aan haar worden toegeschreven.
De gevechten zouden zijn losgebarsten nadat er onenigheid ontstond over de belasting op het gebruik van landbouwgrond. De grond wordt zowel gebruikt door de Teke als de Yaka gemeenschap. Meer dan 142 mensen werden gedood. Sommigen werden onthoofd.
Op 6 oktober waren reeds zo’n 27.000 mensen gedwongen op de vlucht voor het geweld in de provincies Kwilu en Mai Ndombe. De meesten van hen zijn vrouwen en kinderen en hebben dringend bijstand nodig. Nog eens 2.600 mensen hebben toevlucht gezocht in Congo-Brazzaville nadat ze de rivier Congo overstaken in kano’s. Velen raakten gescheiden van hun families.
Zware regenval maakt het voor veel burgers moeilijk om te vluchten en meerdere belangrijke routes zijn ontoegankelijk geworden voor humanitaire konvooien die levensreddende hulp trachten te leveren.
Gezinnen bleven getraumatiseerd achter na de plotse en wrede gevechten. Ze vertelden onze medewerkers dat ze voor hun leven moesten vluchten en samen met hun kinderen toevlucht zochten in de rondom gelegen bossen. Velen lieten hun boerderijen en velden achter, samen met de oogsten in de graanschuren. Zij die gevlucht zijn, bevinden zich nog steeds in een precaire situatie omdat ze afhankelijk zijn van de welwillendheid van anderen, waaronder gastgezinnen en de autoriteiten.
De overheid van de Democratische Republiek Congo heeft onderhandeld met lokale leiders en heeft het leger ingezet in Kwamouth om de orde te herstellen. Maar de veiligheidssituatie blijft gespannen.
Veel gezinnen die in de stad Kwamouth en de nabije dorpen woonden, hebben de streek achtergelaten terwijl het conflict zich in sneltempo uitbreidde. Ze stapten dagenlang voor ze veiligheid vonden in Bandundu, de hoofdstad van de provincie Kwilu – die op 245 kilometer van Kwamouth ligt. Kwamouth en vele van de omliggende dorpen zijn nu gedeeltelijk verlaten.
Gastgezinnen in Bandundu en andere steden verwelkomen mensen die gedwongen werden te vluchten. Meerdere lokale leiders geven het goede voorbeeld. Zo heeft één van hen 28 mensen opgevangen, waaronder een jonge man die gewond raakte bij de gevechten en een vrouw die een keizersnede onderging in het ziekenhuis in Bandundu nadat ze moest vluchten. Een ander gastgezin dat onze medewerkers bezochten, voorziet onderdak aan 77 mensen, met slechts één toilet dat het gastgezin deelt met de ontheemden. De levensomstandigheden zijn precair en de middelen van de gastgezinnen raken snel uitgeput. Huishoudens zien zich genoodzaakt te rantsoeneren en sommigen eten slechts één maaltijd per dag.
De provinciale overheden in Kwilu en Mai Ndombé hebben een crisiscoördinatiecomité opgericht en een multisectorieel overheidsplan opgesteld om aan de noden van de getroffen bevolking te beantwoorden.
UNHCR en haar partners breiden hun hulp uit. UNHCR levert dekzeilen in Bandundu zodat de gemeenschappen noodopvang kunnen bouwen en staat klaar om ondersteuning te bieden in het voorzien van andere dringende noden inzake onderdak, huishoudmiddelen en bescherming.
In buurland Congo-Brazzaville verwelkomen lokale gemeenschappen en de autoriteiten de toekomende asielzoekers uit de Democratische Republiek Congo. UNHCR ondersteunt de autoriteiten aan de grens onder andere met het registreren van nieuwkomers en het bieden van bijstand.
Nadat ze toekomen in Congo-Brazzaville, worden veel asielzoekers opgevangen door gastgezinnen. Toch leeft meer dan de helft van de asielzoekers in erg onzekere omstandigheden: sommigen slapen in de open lucht terwijl anderen geïmproviseerde onderkomens bouwen. Bij gastgezinnen zijn de omstandigheden overbevolkt. Voedsel is schaars: lokale gezondheidswerkers hebben reeds meer dan 30 ondervoede kinderen kunnen identificeren, waaronder een ernstig ondervoed kind dat doorverwezen werd naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis in Gamboma.
UNHCR roept de internationale gemeenschap op om steun te verlenen aan de inspanningen die geleverd worden om de strubbelingen in Kwamouth op te lossen en het lijden van de getroffen bevolking te verlichten.
Deze recente onrust in de Democratische Republiek Congo bemoeilijkt de reeds ernstig ondergefinancierde actie om de 521.000 vluchtelingen en meer dan 5,5 miljoen intern ontheemden in het land te helpen. Slechts 40 procent van het vereiste UNHCR budget van 225,4 miljoen dollar werd tot nu toe bekostigd. In Congo-Brazzaville heeft UNHCR slechts 16 procent van het nodige budget van 37,4 miljoen dollar ontvangen voor haar vluchtelingenrespons voor het jaar 2022.
Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd door UNHCR op 11 oktober 2022.
Deel op Facebook Deel op Twitter