Gynaecoloog Nagham Hasan voorziet al jaren medische zorg en emotionele steun aan meisjes en vrouwen die gevangenschap door IS overleefden. Ondanks het emotioneel zwaar werk, is ze niet van plan om snel te vertrekken.
Door Cathy Otten in Duhok, Koerdische regio van Irak.
We bevinden ons in het Rwanga kamp voor intern ontheemden in de Koerdische regio van Irak. Vier vrouwen zitten dicht bij elkaar rondom gynaecoloog Nagham Hasan in een eenkamerwoning. Dr. Nagham, in haar witte doktersjas, stelt elke patiënte persoonlijk gerust. Ze wendt zich tot Leila en houdt haar hand vast, en richt zich daarna tot een andere vrouw om haar hartslag te meten. Dr. Nagham fronst geconcentreerd en uit haar acties spreekt een grote vastberadenheid.
Het is september 2022, acht jaar nadat deze vrouwen tot slavernij gedwongen werden door IS strijders. Buiten is de zomerhitte genadeloos. Wanneer de generator stilvalt, is het enige geluid de gedempte stemmen van de vrouwen. Ze spreken snel en gehaast, met een zeldzaam sprankeltje hoop dat te danken is aan het bezoek van Dr. Nagham. Vier jaar nadat ze uit gevangenschap konden ontsnappen, blijft het dagdagelijkse leven erg moeilijk voor hen.
“Dank u, dokter, voor al wat u voor ons gedaan hebt. U was de eerste die ons soelaas bracht, ons adviseerde en ons leidde. Zonder u zouden wij onszelf niet zijn,” zegt Nergiz, 40 jaar oud, die in 2014 gevangen genomen werd. Net als alle andere overlevenden in dit artikel, heeft Nergiz een pseudoniem gekozen, vanwege het stigma en het risico op represailles, zelfs vanuit haar eigen gemeenschap.
“Wij waren allen gevangenen. Ieder van ons heeft meer dan vier jaar geleden onder IS,” zegt Nergiz, terwijl ze gebaart naar de vrouwen rondom haar. De Jezidi’s, een religieuze minderheid uit Koerdistan, werden geviseerd door IS, die hen in 2014 onderworpen aan een afgrijselijke genocidale campagne vanwege hun geloof.
In augustus 2014 veroverden IS strijders Sinjar in het noordwesten van Irak, een stad waarvan de meeste inwoners tot de Jezidi minderheid behoorden. Ze executeerden duizenden Jezidische mannen, vrouwen en kinderen, en ontvoerden meer dan 6.000 van hen. Vrouwen en meisjes werden het slachtoffer van gruweldaden, waaronder seksueel geweld en slavernij. Sinjar werd een jaar later bevrijd, maar zo’n 3.000 Jezidi’s worden nog steeds vermist en meer dan 200.000 zijn nog steeds niet naar huis kunnen terugkeren.
Dr. Nagham, 45 jaar oud, wendt zich tot Nergiz en zegt zacht: “Ik ben er altijd om jullie te steunen. Als ik jullie niet kan steunen, dan is het omdat het niet in mijn macht is. Mijn doel is om jullie door dit trauma heen te helpen.” Ze wikkelt de band van een bloeddrukmeter rond Nergiz’ bovenarm, spant het aan, en wacht.
Terwijl Dr. Nagham als kind opgroeide in een Jezidisch gezin in de stad Bashiqa in het noorden van Irak nabij Mosoel, werd ze zich bewust van de onrechtvaardigheid en het misbruik dat veel vrouwen ondergingen in de hele Iraakse maatschappij. Ze besloot dat ze wilde helpen. Ze studeerde voor arts in Mosoel en begon haar loopbaan als gynaecoloog met de droom om onvruchtbare vrouwen te helpen. Maar na 2014 nam haar carrière een heel andere wending.
“Ik zag de catastrofe die aan de gang was voor Jezidische vrouwen – hoe ze blootgesteld werden aan verbaal geweld en verkrachting,” zegt Dr. Nagham. Terwijl IS oprukte en duizenden naar de noordelijke Koerdische regio vluchtten, reisde Dr. Nagham naar de kampen om de overlevenden te helpen. Degenen die gevangenschap door IS overleefd hadden, hadden verzorging nodig voor infecties en verwondingen veroorzaakt door de abominabele levensomstandigheden, de folteringen en het seksueel geweld dat schering en inslag was.
Nadat ze dit werk opnam – en hoofd van het Sheikhan openbaar ziekenhuis werd – richtte ze de ngo “Makers van Hoop” op, om overlevenden te verzorgen. Naast haar medische expertise, geeft ze ook persoonlijke en emotionele steun aan overlevenden.
Maar soms weet ook Dr. Nagham niet wat gezegd wanneer ze haar patiënten tracht te troosten, vooral als het gaat om erg jonge meisjes. Sommige slachtoffers zijn pas acht jaar oud. “Dit raakte mij diep en bracht mijn geloof in de mensheid volledig aan het wankelen. Hoe troost je een kind dat zo jong is en meerdere keren verkracht werd door een man van 60?”
Wanneer het verdriet en de zorgen haar te veel worden, gaat Dr. Nagham te rade bij haar moeder, Suham Ismail. Haar moeder vertelt haar dan dat ze moet blijven doorzetten, dat de overlevenden haar nodig hebben. Haar dochter is altijd al zo geweest, zegt Suham met een glimlach. Zelfs als kind ontfermde Dr. Nagham zich als een moeder over haar jongere broers en zussen.
Ondanks het feit dat ze de kans kreeg om Irak te verlaten, besloot Dr. Nagham “zonder meer” te blijven: “Ik ben hier op lange termijn,” zegt ze. “Ik heb een boodschap, een doel. Ik geloof dat de overlevenden nog steeds hulp nodig hebben en ik wil hen niet laten vallen. Ik ben zelf een Jezidische vrouw en ik deel hun geloof, wat mij helpt wanneer ik met hen spreek en waardoor ik hun noden beter begrijp.”
Voor haar buitengewone werk en toewijding voor haar gemeenschap en intern ontheemde mensen in Irak, werd Dr. Nagham verkozen als de regionale winnaar voor het Midden-Oosten en Noord-Afrika voor de Nansen Refugee Awards voor 2022. Deze prestigieuze jaarlijkse prijs eert individuen en organisaties die zich onvermoeibaar inzetten om mensen gedwongen op de vlucht of staatlozen te helpen.
Intern ontheemde Jezidi’s leven nog steeds in schrijnende armoede in kampen, in informele nederzettingen of in stedelijke centra, terwijl veel families nog steeds op zoek zijn naar dierbaren die vermist raakten. Veel Jezidi’s kunnen niet terugkeren naar Sinjar vanwege het tekort aan openbare dienstverlening, zoals gezondheidszorg en onderwijs, of omdat hun huizen verwoest werden, de situatie nog steeds te onveilig is, of omdat ze geen toegang hebben tot rechtsmiddelen om gerechtigheid te krijgen. En sommige Jezidische vrouwen, vooral zij die kinderen grootbrengen die geboren werden terwijl ze in gevangenschap leefden, hebben het bijzonder moeilijk om te re-integreren in hun gemeenschap.
Dr. Nagham heeft tot nu toe zo’n 1.200 overlevenden verzorgd. Haar ngo “Makers van Hoop” heeft nu 50 werknemers en twee ziekenhuizen in Sinjar die psychiatrische en psychologische bijstand verlenen alsook gemeenschapsondersteuning voor overlevenden die terugkeren naar huis. Sommige van haar voormalige patiënten zijn nu zelf voorvechters geworden van vrede en mensenrechten, wat voor Dr. Nagham een bron van grote trots en geluk is.
In de kamer in het Rwanga kamp, waar dit artikel begon, zit Leila, 42 jaar oud, aan de linkerzijde van Dr. Nagham. Zij werd vier jaar lang tot slavernij gedwongen en werd meermaals gefolterd. IS executeerde haar man en drie oudste zonen. Ze zegt: “Ik ben zo veel kwijtgeraakt – zo veel mensen… Ik heb de moed niet om te spreken over de gruweldaden waar ik getuige van was.”
Dr. Nagham begint te huilen. Leila vertelt dat het gevangenschap roofbouw pleegde op haar lichaam en geest, en dat overlevenden zoals zij het gevoel hebben dat de wereld hen vergeten is en zonder hen doorgaat. Daarom betekent de aanhoudende zorg en aandacht van Dr. Nagham zo veel.
“Van het ogenblik dat we terug thuis kwamen, hadden we de steun van de dokter, en ze helpt ons nog steeds,” zegt Leila. “Ze staat altijd voor ons klaar.”
Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd door UNHCR op 4 oktober 2022.
Deel op Facebook Deel op Twitter