Ervoor zorgen dat honderdduizenden jonge Oekraïense vluchtelingen toegang hebben tot onderwijs is een enorme uitdaging voor gastlanden zoals Polen.
Door Olga Sarrado in Warschau, Polen.
Sofia ontvluchtte haar thuis in de regio van Ternopil in het westen van Oekraïne kort na de escalatie van het internationaal gewapend conflict op 24 februari. Ze dacht dat ze slechts enkele weken zou weg zijn.
Maar zelfs Oekraïense regio’s die ver van de frontlijnen liggen, ondervinden maanden later nog steeds de gevolgen van de oorlog. Sofia weet nu dat ze misschien noodgedwongen plannen zal moeten maken voor een toekomst in de Poolse hoofdstad, Warschau, waar ze nu woont. “Ik besef dat het misschien een eeuwigheid zal duren voor ik ooit naar Oekraïne terugkeer en als dat gebeurt, ik er misschien enkel te gast zal zijn,” zegt ze. Ze is pas 13 jaar, maar ze spreekt deze woorden uit met de kalmte van iemand die de tijd heeft genomen om na te denken over haar toekomst.
Het was moeilijk om haar thuis, familie en vrienden achter te laten, maar toen de regio getroffen werd door bombardementen, besloten haar ouders dat ze naar de grens met Polen moest reizen samen met een vriend van haar familie. Daar zou ze bij haar grootmoeder Zola verblijven, die reeds 30 jaar in Polen woont.
Sofia reisde 14 uur lang op verschillende bussen vol andere vluchtelingen, door een ijskoude nacht, voor ze herenigd werd met haar grootmoeder, die haar opwachtte.
Nadat Sofia veilig toekwam, wilde haar grootmoeder meteen een school voor haar vinden. Zo zou ze niet enkel haar studies kunnen verderzetten, maar ook een veilige plek hebben wanneer Zola lange uren moet werken als poetsvrouw.
In het begin was Sofia terughoudend. “Het was geen prioriteit voor mij – ik zei tegen mijn grootmoeder dat het maar een kwestie van weken was voor de oorlog afliep en ik terug in Oekraïne zou staan,” vertelt ze.
Zola voegt eraan toe: “We wisten niet hoelang de oorlog zou duren, maar kinderen moeten naar school gaan.”
Een lokale school bood speciale lessen aan voor vluchtelingenkinderen die geen Pools spreken. “De eerste dagen waren moeilijk,” zegt Sofia. “Ik kende de taal niet en ik was omringd door leerlingen en leerkrachten die Pools spraken. Maar op de tweede dag voelde ik mij al meer tot rust komen en een week later raakte ik eraan gewend.”
Wieslawa Dziklinska, de directrice van Sofia’s school, legt uit dat leerlingen die geen Pools spreken het reguliere onderwijsprogramma volgen en ondersteund worden door assistenten die vertalen en de leerstof uitleggen.
“Voor sommigen is het een hele strijd,” zegt ze. “Voor anderen gaat het vlot en spontaan. Sommigen verzetten zich, vooral kinderen die ambitieuze plannen hadden, zoals naar een conservatorium gaan of taalexamens afleggen… Hun plannen voor de toekomst botsen met de realiteit.”
In de les is Sofia verlegen maar oplettend. Haar antwoorden op de vragen van de leerkrachten zijn bedachtzaam en vaak uitvoerig – misschien een weerspiegeling van de opties die ze moest afwegen en de moeilijke beslissingen die ze heeft moeten nemen.
Sofia is slechts één van de meer dan 400.000 vluchtelingenkinderen van schoolgaande leeftijd die geregistreerd zijn bij de Poolse overheid en een Pools identiteitsnummer hebben. Ze vormen een grote uitdaging voor de overheidsinstellingen. De Poolse overheid heeft het recht op onderwijs voor vluchtelingen uit Oekraïne gegarandeerd, maar de omvang van de crisis – en hoe snel deze ontwikkelt – heeft de onderwijscapaciteit -en infrastructuur onder druk gezet.
Volgens de officiële cijfers waren aan het einde van afgelopen schooljaar al meer dan 180.000 Oekraïense kinderen ingeschreven in Poolse scholen. 80 procent van deze leerlingen sloten aan in klassen met zowel Poolse als Oekraïense leerlingen. De rest volgde “voorbereidende lessen”, een systeem dat buitenlandse kinderen helpt te integreren in de openbare scholen. In de meeste EU-landen bestaat een soortgelijk systeem.
In de voorbereidende lessen in Polen volgen leerlingen het nationale leerplan en krijgen ze intensieve lessen Pools. Voor de oorlog waren er 15 leerlingen per klas. Nu zijn dat er 25.
Zelfs met deze oplossingen is het mogelijk dat nog honderdduizenden jonge vluchtelingen een plaats zullen nodig hebben in Poolse scholen tijdens het huidige schooljaar. De aanslepende oorlog maakt het onmogelijk voor ontheemde Oekraïners om langetermijnplannen te maken. Uit een recente enquête van UNHCR blijkt dat twee derde van de bevraagde Oekraïense vluchtelingen verwacht in hun gastland te blijven tot de vijandelijkheden afnemen. Sommigen reizen dan weer door naar andere landen.
Vluchtelingenkinderen uit Oekraïne kunnen ook onlinelessen volgen van het Oekraïense curriculum. Dit zijn virtuele lessen die beschikbaar gemaakt worden door het Oekraïense Ministerie voor Onderwijs en Wetenschap. Veel gezinnen kiezen voor deze optie in de hoop dat hun kinderen snel zullen kunnen terugkeren naar hun voormalige scholen of later toegang zullen hebben tot Oekraïense universiteiten. Sommige gezinnen kiezen ervoor om hun kinderen zowel in het Oekraïense online curriculum als in een school in hun gastland in te schrijven.
Sofia staat te popelen om haar studies verder te zetten. Haar lievelingsvakken op school zijn biologie, wiskunde en literatuur, maar ze droomt ervan architect te worden. “Ik houd van het proces om een huis te bouwen en het te ontwerpen met een computerprogramma,” zegt ze, en ze noemt een hele reeks technische termen op die ze heeft leren kennen tijdens het bekijken van online video’s.
Sofia denkt nog steeds vaak aan thuis. “Ik heb het hier goed, maar ik zou graag terugkeren,” zegt ze. “Dit leven [in Polen] is allemaal nieuw en ik mis mijn dorp, mijn vrienden, de winkels in Oekraïne…”
Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd door UNHCR op 2 september 2022.
Deel op Facebook Deel op Twitter