Hoe is het om op de vlucht te zijn tijdens de wintermaanden? UNHCR zet enkele feiten op een rij over het leven op de vlucht in landen als Oekraïne, Libanon en het Midden-Oosten.
In de verte wenkt de winter. Voor miljoenen mensen gedwongen op de vlucht over de hele wereld is het de zwaarste periode van het jaar. Dit is zeker het geval voor mensen op de vlucht voor de oorlog in Oekraïne, intern ontheemden in Afghanistan, Libanon en Syrische vluchtelingen in het Midden-Oosten.
Maar hoe voelt het eigenlijk om op de vlucht te zijn? UNHCR, de VN-Vluchtelingenorganisatie, zet voor jou enkele feiten op een rij.
Veel vluchtelingen en intern ontheemden moeten vluchten voor gewapende conflicten die een spoor van vernieling achterlaten. In Oekraïne werden sinds de escalatie van de oorlog veel cruciale infrastructuur en honderdduizenden woningen verwoest of beschadigd. Op veel plaatsen getroffen door het conflict is er geen toegang meer tot elektriciteit of zijn stroomonderbrekingen schering en inslag. De energieprijzen lopen bovendien erg hoog op. Woningen moeten dringend hersteld, verstevigd en geïsoleerd worden alvorens de winter begint, maar bouwmaterialen zijn bijzonder schaars.
Hetzelfde gebeurde in Libanon, een land in crisis dat door de bombardementen van eind 2024 nog verder in nood is van uw hulp.
UNHCR helpt met het herstellen en isoleren van beschadigde huizen en zorgt voor tijdelijke onderkomens voor gezinnen die hun thuis hebben moeten achterlaten.
Veel Syrische en Irakese vluchtelingen in het Midden-Oosten zijn al jaren op de vlucht. De burgeroorlog in Syrië sleept al meer dan tien jaar aan. In Irak bedaarde het conflict in 2017, maar toch hebben veel vluchtelingen en intern ontheemden de middelen niet om terug naar huis te keren of keren ze terug naar verwoeste steden, dorpen en huizen. Veel vluchtelingen uit landen zoals Irak en Syrië hadden reeds voor ze hun land moesten ontvluchten financiële problemen. In hun gastland raken vluchtelingen vaak moeilijk aan werk en betalen ze vaak hoge huurprijzen. Velen zijn niet in staat de huur te betalen, wat hen vatbaar maakt voor misbruik door verhuurders.
Volgens een studie van UNHCR verblijft minstens een kwart van alle Oekraïense vluchtelingen in huurhuizen. Ook zij ondervinden moeilijkheden om aan werk te raken. Het leven wordt vanwege de oorlog bovendien steeds duurder: energiekosten lopen hoog op, graanprijzen zijn gestegen en de wereldhandel werd ernstig verstoord. Deze effecten zijn ook ver buiten Europa merkbaar, bijvoorbeeld in de Hoorn van Afrika, waar hoge graanprijzen desastreus zijn voor mensen op de vlucht voor de droogte en honger.
UNHCR helpt mensen op de vlucht de huur te betalen via cash bijstand programma’s, die elke winter uitgebreid worden. Ook pleiten we bij overheden om de situatie van vluchtelingen te verbeteren, bijvoorbeeld door vluchtelingen een kans te geven op de arbeidsmarkt en erover te waken dat ze geen slachtoffer worden van misbruik.
Dat het in Oekraïne koud kan worden, is algemeen bekend – in sommige delen van het land kan het zelfs tot -20 graden Celsius worden. Maar veel mensen denken dat het in het Midden-Oosten eeuwig warm en droog is. Het tegendeel is waar. In grote delen van Irak, Jordanië, Libanon en Syrië kunnen de temperaturen in de winter drastisch dalen. ’s Nachts kan het kwik zelfs tot onder het vriespunt duiken. Zonder bescherming kan de kou levensbedreigend zijn voor vluchtelingen.
Sommige gebieden, zoals het noorden van Libanon, worden tijdens de winter zelfs regelmatig getroffen door zware sneeuwstormen en stortregens, met overstromingen als gevolg. Die laten vaak een spoor van vernieling achter, weet de Syrische vluchtelinge Shakiba. Ook in de bergachtige delen van Afghanistan kan het in de winter erg bar zijn.
UNHCR voorziet winternoodhulp voor vluchtelingen en intern ontheemden, waaronder warme kledij, dekens, slaapmatten en verwarmingstoestellen.
Libanon heeft het hoogste aantal vluchtelingen ter wereld per hoofd van de bevolking. Er verblijven naar schatting 1,5 miljoen Syrische vluchtelingen. 90% van hen leeft onder de armoedegrens. Ze moeten dagelijks rondkomen met nog geen 2,5 euro. Dat maakt het vrijwel onmogelijk om zowel voor voldoende voedsel, medicatie als degelijk onderdak te zorgen – laat staan warme winterkleren en brandstof. De Syrische vluchtelinge Noura en haar gezin hadden daar bijvoorbeeld niet de middelen voor.
UNHCR’s cash bijstand programma’s trachten deze schrijnende situatie te verlichten en helpen vluchtelingen om aan hun basisbehoeften te voldoen.
Deel op Facebook Deel op Twitter