De gevechten in Oost-Libië tussen regerings- en oppositietroepen heeft in de laatste dagen geleid tot duizenden ontheemden in Libië.
Libiërs die aankomen aan de grenspost in Sallum in Egypte zeggen dat vele burgers een schuilplaats zoeken bij gastgezinnen maar ook in scholen en universiteitsgebouwen. Terwijl meer dan 320.000 mensen gevlucht zijn naar de buurlanden om het geweld in Libië, dat sinds midden februari hevig woedt, te ontvluchten, is het aantal ontheemden in het land niet bekend. De meeste mensen die hun huis verlaten hebben zijn afkomstig uit andere landen, amper één op acht zijn Libiërs.
De gevechten woeden ondertussen door in enkele regio’s ondanks het invoeren van een door de Verenigde Naties bekrachtigd vliegverbod boven Libië. Er zijn dagelijkse luchtaanvallen en raketaanvallen geweest op militaire doelwitten in het land. UNHCR heeft gepraat met mensen die burgers hebben zien vluchten uit de steden Ajdabiya, Benghazi, Derna en Tobruk.
Humanitaire hulp bieden aan de ontheemden is een grote uitdaging, maar UNHCR zet verschillende konvooien hulp in voor het Wereld Voedsel Programma konvooi dat koers zet naar Benghazi, de op één na grootste stad van Libië. Onder meer 5.000 dekens en 5.000 slaapmatjes worden voorzien. Er zijn ook meldingen van tekorten aan medische voorzieningen en basisuitrustingen in het oosten, met prijzen die drastisch de hoogte in zijn geschoten.
Libiërs die in Sallum zijn gearriveerd hebben UNHCR verteld dat ze vergeldingsacties vreesden van regeringsaanhangers in het oosten van het land. Ze zeiden dat de mensen bang waren om na vier uur nog buiten te komen.Sommige zagen hun huis volledig vernield.
Eén man is teruggekeerd naar Ajdabiya tijdens het weekend enkel om vast te stellen dat vier raketten zijn huis met de grond gelijk gemaakt hebben, zodat hij nu opnieuw de vlucht moet nemen naar Egypte. Mobiele netwerken in het oosten van Libië liggen sinds vorige week donderdag plat, wat de angst en onzekerheid van de mensen nog in de hand werkt.
De Libiërs die in Egypte geïnterviewd werden nadat ze Benghazi hebben verlaten, schatten dat zo’n 100.000 mensen dit weekend de stad zijn ontvlucht. Een ingenieur die naar Egypte is gereden met zijn drie kinderen en een kleinzoon, zegt dat de reis van Benghazi naar Tobruk maar liefst 12 uur in beslag nam in plaats van zes door de drukte van mensen die onderdak, voedsel, benzine en meer trachtten te leveren aan de mensen op de weg.
“Wat ik gezien heb was echt iets verbazingwekkend,” zei hij.
Zij die hun huizen ontvluchten zijn meestal Libiërs met hun familie. De mannen dringen er op aan dat ze blijven en strijden tegen de troepen van de Libische leider Moammar Khadafi. Honderden van hen die de grens met Egypte overstaken waren gevestigd in de Middellandse zeehaven Marsa Matrouh, zo’n 220 kilometer ten oosten van Sallum. Anderen hebben gereisd naar Alexandrië en Caïro.
Een groep Egyptische vrijwilligers in Marsa Matrouh hebben recent hulpkonvooien met voedsel, kledij en medicijnen geleid naar stadjes in oost-Libië. Cafés en bars in Marsa Matrouh hebben spandoeken uitgehangen waarmee ze hun “Libische broeders” verwelkomen.
Ondanks de volksverhuizingen binnen in het land, is er geen enorme toevloed van mensen in Egypte geweest, hoewel UNHCR plande voor een eventuele toestroom door een reserve van hulp aan te leggen binnen Egypte.
Vorige week maandag beschreef de staf van UNHCR de grenspassage als “relatief rustig”. In de loop van de dag passeerden er een vierhonderdtal auto’s. Egyptische autoriteiten meldden UNHCR dat ongeveer 3,000 mensen de grens overgestoken hebben op zondag, waaronder 1,560 Libiërs en 1,344 Egyptenaren.
Er is aanzienlijke vooruitgang geboekt met de repatriëring van buitenlanders uit derde landen van de Egyptische grens en tegen het eind van vorige week dinsdag bleven er “maar” 1,700 daar gestrand. Van dit aantal zijn slechts 270 vluchtelingen en asielzoekers, terwijl meer dan 1,300 burgers uit Tsjaad wachten op overzetting.
Het Egyptische leger heeft tenten opgezet om Libiërs die gearriveerd zijn zonder papieren, te huisvesten. UNHCR heeft aangeboden om verschillende draagbare hangars in de grenszone op te zetten om onderdak te geven aan diegene die op overbrenging of op andere oplossingen wachten.
Op maandagmiddag is er een goederenschip geland in Alexandrië in Egypte met zes draagbare pakhuizen, een voertuig en gebruiksgoederen, inclusief dekens, jerrycans, keukensets en slaapmatten uit de noodopslagplaats in Dubai van de VN-Vluchtelingenorganisatie.
Ondertussen blijven afgezanten van UNHCR op de Tunesische grens geweerschoten horen in Libië. Libische regeringsaanhangers hebben een steunactie opgevoerd bij de grens. Een aantal vluchtelingen die net gearriveerd zijn zeggen dat ze geïntimideerd en lastiggevallen werden bij checkpoints tussen Tripoli en de Ras Jdir grenspost. Anderen hebben UNHCR dan weer verteld dat ze probleemloos Libië hebben kunnen verlaten.
Er worden blijvende inspanningen geregeld om mensen te repatriëren uit het Choucha transitkamp bij de grens. Het aantal inwoners in het kamp ligt nu op 4,700 mensen. Bij het evacuatieprogramma sinds begin maart hebben UNHCR en de Internationale Organisatie voor Migratie meer dan 260 vluchten ingezet om zo’n 58,200 mensen uit Tunesië, Egypte en Algerije te repatriëren. Nog anderen zijn succesvol gerepatrieerd door hun overheden.
Deel op Facebook Deel op Twitter